Het was een doordeweekse dag. Ik had samen met mijn maatje nachtdienst. Het was een hele rustige dienst. Rond 03.00 uur werden wij opeens geroepen: “ OB2101, OB2101, bewoners van een appartementencomplex bellen dat zij een persoon op het balkon hadden gezien. Ze werden wakker van voetstappen en hoorden breekgeluiden. “. Ik zei tegen mijn maatje :” Deze wordt de onze!“. Ik riep naar de meldkamer:” Begrepen, wij gaan ter plaatse!“.
Mijn maatje reed en ik zat ernaast. Ik hoorde de motor van de auto accelereren. Wij zaten nagenoeg om de hoek dus waren snel ter plaatse. Ik kende het appartementencomplex en wist dat er een fietspad langs lag. Ik zei tegen mijn maatje :” Kom we rijden om over het fietspad!“. Dit was een juiste beslissing, want wij zagen aan die zijde van het complex een hele lange ladder tegen een balkon staan. Ik maakte mijn gordel los en zette mij schrap om uit de auto te springen. Hoe dichter we bij de ladder kwamen hoe harde mijn hart begon te bonzen. Ik voelde de adrenaline door mijn lijf gieren. Opeens zag ik een zwarte schim van de ladder afspringen en mijn kant op sluipen. Ik schreeuw tegen mijn maatje:” Daar loopt hij!”. Mijn maatje zette de auto stil en ik sprong de auto uit. Ik zag dat de schim een stevige man was en voorover bukte. Het leek erop dat hij iets in zijn handen had. Ik keek goed en dat het een grote kluis was die hij in zijn handen had. Ik riep over de porto:” Verdachte aangetroffen! Hij loopt ter hoogte van de struiken naast het appartementencomplex! Hij heeft een kluis in zijn handen! Graag een koppeltje bij!”. Ik zag de man opeens bukken en rende uit de struiken. Ik rende naar de man toe en schreeuwde:” Staan blijven! Je bent aangehouden!”. De man luisterde niet en rende naar zijn scooter die klaar stond op het fietspad. Ik riep door de porto:” Verdachte probeert te vluchten op een scooter!”. Ik greep de verdachte bij zijn jas, maar kon hem niet meer tegenhouden. Hij reed op zijn scooter met hoge snelheid weg. Mijn maatje zette de achtervolging in met de auto. Ik gaf aan de meldkamer door waar de scooter naar toe reed.
Opeens zie ik dat de verdachte op de scooter zijn evenwicht kwijt raakte en met een flinke klap tegen een lantaarnpaal reed! Ik zag allemaal brokstukken de lucht in vliegen inclusief de scooter. De verlichting van de lantaarnpaal ging door de harde klap uit. Ik dacht:” Hij heeft zich hardstikke dood gereden!”. Op dat moment kwam mijn maatje bij hem in de buurt en sprong hij uit de auto. De verdachte schrok hiervan en vluchtte verder te voet. Ik riep naar de meldkamer:” verdachte heeft een ongeluk gehad, maar vlucht verder te voet!”. Ik zag dat mijn maatje hem inhaalde en de verdachte aan kon houden en stopte de achtervolging.
Nadat de verdachte aangehouden was kon ik onderzoek doen in de struiken. Ik zag een kluis in de struiken liggen en maakte hier een foto van. Door de collega’s die bij de slachtoffers was werd bevestigd dat dit hun kluis was.
De verdachte werd door een arts bekeken en bleek alleen wat schram plekken te hebben. Hij had er gelukkig niets aan over gehouden.
Ik stond te trillen op mijn benen… Mijn hartslag gierde nog steeds door mijn lijf! Wat een gaven aanhouding was dit! Telkens als ik eraan terug denk voel ik de spanning weer door mijn lijf gieren!